Tegen welke ziektes wordt er gevaccineerd?

Katten

Katten worden standaard gevaccineerd tegen kattenziekte en niesziekte. Het vaccin tegen niesziekte wordt jaarlijks gegeven (afhankelijk van de leefomstandigheden), het vaccin tegen kattenziekte wordt elke 3 jaar gegeven. Alleen wanneer uw kat nog een kitten is, geldt een ander schema. Indien uw kat meegaat naar het buitenland moet uw kat worden ingeënt tegen rabiës.

Bekijk hier het vaccinatieschema voor uw kat.

Honden

De basisvaccinaties bij de hond zijn entingen tegen het distempervirus (oftewel hondenziekte), adenovirus (oftewel hepatitis), parvovirus en leptospirose (oftewel ziekte van Weil). Afhankelijk van de leefomstandigheden wordt er in Nederland nog een aanvullende enting geadviseerd, namelijk tegen kennelhoest (welke bordetella en parainfluenza bevat). Indien uw hond mee gaat naar het buitenland moet de hond een geldige rabiës vaccinatie hebben.

Bekijk hier het vaccinatieschema voor uw hond.

Konijnen

Er zijn twee ziektes waartegen wij uw konijn inenten, namelijk Myxomatose en het RHD virus (zowel RHD1 als RHD2). Myxomatose en RHD zijn beiden virale konijnenziektes die ook huiskonijnen kunnen krijgen. Een eenmalige jaarlijkse vaccinatie is al voldoende voor een goede bescherming.