Sterilisatie en castratie hebben veel voordelen, maar er kunnen ook enkele nadelen zijn. Deze verschillen per type ingreep en diersoort.
Honden
Castratie (reuen):
- Het metabolisme van de hond verandert na de castratie en de spiermassa neemt af; hierdoor kan hij sneller aankomen in gewicht.
- Bepaalde gedragsproblemen, zoals agressiviteit of angst, kunnen door een castratie verergeren. Wij adviseren daarom altijd om eerst een chemische castratie te doen. Dit werkt namelijk na ongeveer 6 maanden uit, maar geeft wel hetzelfde effect op het gedrag als een operatieve castratie.
- In sommige gevallen kan een castratie helpen bij het voorkomen of behandelen van tumoren die onder invloed van testosteron gevormd worden, maar de kans op prostaattumoren neemt na een castratie juist toe.
Sterilisatie (teven):
- Na het steriliseren verandert de energiebalans van een teef. Dit kan ervoor zorgen dat zij sneller in gewicht aankomt.
- Gesteriliseerde teefjes hebben meer kans op incontinentie naarmate zij ouder worden dan teefjes die niet zijn gesteriliseerd. Gelukkig zijn deze problemen met medicijnen goed te behandelen.
- Het komt soms voor dat de vacht van (half)langharige honden verandert na een sterilisatie. De verandering die u kunt zien is dat deze meer gaat krullen en/of doffer wordt. Dit is verder niet van invloed op de gezondheid van de hond.
Het is daarom belangrijk om het gewicht na de sterilisatie goed in de gaten te houden en de hoeveelheid of type voeding indien nodig aan te passen. Mocht u advies over voeding en/of het gewicht van uw hond wilt, neem dan contact op.
Katten
Castratie & sterilisatie:
- Een nadeel van de sterilisatie en castratie is dat het gewicht van de kat sneller kan toenemen door een verandering in het metabolisme. Dit is te voorkomen door het dieet van de kat aan te passen.
De voordelen (zoals voorkomen van ongewenste nestjes en gezondheidsproblemen) wegen vaak zwaarder dan de nadelen. Uw dierenarts kan u adviseren over de juiste timing en eventuele maatregelen om nadelen te beperken.
